Netwerk Arbo FNV

Blogje: Zware beroepen en AOW

Eén van de speerpunten in de pensioenacties: de AOW-leeftijd tijdelijk (!) bevriezen op 66.
Ook voor de mensen in zware beroepen. Want steeds meer werknemers houden het niet vol tot aan de AOW-leeftijd. Dat is het verhaal, en daar zit geen woord Spaans bij.

Toch bekruipt me als ”arbo-man” een raar gevoel: er klopt iets niet..maar wat? Een paar maanden geleden viel het kwartje. Beetje laat eigenlijk, maar dat zal de leeftijd wel zijn.

Het zit zo: we hebben in dit land sinds pakweg 1983 een arbowet. Die wet verplicht werkgevers ervoor te zorgen dat hun werknemers niet ziek worden door het werk. Fit naar de finish om zo te zeggen. Oók als ze een zwaar beroep hebben. Met een beetje slimme combinatie van techniek en organisatie kan dat in meer dan 80% van de gevallen lukken, vermoed ik. Hoe heet dat ook weer in de arbowet? O ja: arbeidshygiënische strategie.

Maar ja die arbowet…die ligt al jaren in directielades te verstoffen. Onze topmanagers en CEO’s hebben belangrijkere dingen aan hun hoofd. Zoals op de koffie gaan bij Mark Rutte voor twee miljard dividendbelasting. Of honderden miljoenen klimaatsubsidies binnenharken, want daar zijn ze nu erg druk mee.
En zeg nou zelf…daar schiet je toch heel wat meer mee op dan met gezonde werknemers? Die zijn per slot makkelijk en snel te vervangen, leve de flexibilisering!

Zouden ze weten dat er in 2015 – sorry, meer recente cijfers heb ik niet – zo’n 4100 mensen zijn gestorven als direct of indirect gevolg van onveilig en ongezond werk? Dat aantal daalt niet, nee, het stijgt. Rond 2010  lag het rond de 3000, vijf jaar jaar later zitten we ruim 30% hoger. Risico van het vak?

Goed, ik begon dit stukje met iets over AOW en zware beroepen. Maar wie heeft er een zwaar beroep? Stratenmaker of uitbener in een slachterij, denk ik dan direct. Of iemand die jarenlang nachtdiensten in zijn of haar dienstrooster ziet staan.
Maar leraar in een klas vol pubers, daarna vergaderen en papierwerk afhandelen? Of kantoormens in één van die snelle jongens-kantoortorens op de Zuidas? Zittend achter een mooi bureau, en met je bed er naast. Bij wijze van spreken, maar geloof me: op de Zuidas maken ze heel wat uren…Betaalt natuurlijk lekker, maar hoe lang hou je dát eigenlijk vol?

‘Zitten is het nieuwe roken’, toch? En roken is dodelijk, dat weten we allemaal. Ook de sportschool helpt dan niet, zo las ik onlangs. Lichamelijk en geestelijk gaan vaak samen in één baan. De buschauffeur – zwaar én zittend werk – krijgt steeds meer stress voor de kiezen. De callcentremedewerker – stressvol en zittend werk – heeft nauwelijks tijd om even een luchtje te scheppen. Nee, niet om een sigaretje te roken!!

Tja, zou het langzamer stijgen van de AOW-leeftijd dan helpen? Of spannen we het paard achter de wagen? Voor de mensen van na 1960: tot eind jaren 50 van de 20ste eeuw gingen melkman en groenteboer nog met paard en wagen langs de deuren met hun handel. En zo’n paard moest vóór de wagen gespannen worden, niet erachter. Zo ging dat toen. Laat ik trouwens de schillenboer niet vergeten…afvalscheiding lang voordat het woord was uitgevonden!

Het kan anders. Luister en huiver, werkgevers: laten we die arbowet eens afstoffen. En pak dan de arbocatalogus er bij. En nog wat andere teksten waarin helder uit de doeken wordt gedaan dat ongezond en onveilig zwaar werk eigenlijk nergens voor nodig zijn. Helemaal gratis. En laten we direct met jullie afspreken dat zwaar werk, óók psychisch zwaar werk, in 10 jaar tijd met 70% teruggedrongen wordt. Afspreken, maar vooral afdwingen, dat laatste wil jullie, werlkgevers, nog wel eens op weg helpen.
Zodat iedereen die zich nu moeizaam naar de AOW-datum sleept, ook daarna nog echt kan genieten van een welverdiend pensioen.

Wilma Wildt-Wel